Met enige verbazing lezen we op sociale media bij regelmaat de oproep “stem lokaal!”. Daarmee wordt bedoeld om bij de gemeenteraadsverkiezingen te stemmen op een partij die geen vertegenwoordiging in Den Haag kent. Vaak wordt daarbij het idee gewekt dat landelijke kopstukken zich bezighouden met lokaal beleid en dat stemmen op een “lokale partij” een manier is om met deze Haagse bemoeienis af te rekenen. Het staat iedereen vrij te stemmen op welke partij dan ook, maar deze leus als argument en de daarbij gemaakte implicaties maken een parodie van de gemeentepolitiek.
Laat één ding duidelijk zijn: alle leden van een gemeenteraad zijn “lokaal”, ze wonen allemaal in de gemeente waarin zij politicus zijn. Dat is namelijk verplicht. Het is onzin om te doen alsof mensen van een niet-landelijke partij “lokaler” zijn dan anderen. Alle gemeenteraadsleden gaan naar dezelfde winkels, zitten bij dezelfde verenigingen en werken bij dezelfde bedrijven als alle andere inwoners, ongeacht de partij waarbij ze zijn aangesloten. En heel vaak zijn de gekozen politici van niet-landelijke partijen, daar bovenop ook nog lid van een landelijke partij, politiek geïnteresseerd als ze zijn.
De afgelopen jaren zijn de verantwoordelijkheden bij gemeenten alleen maar toegenomen. Door diverse kabinetten worden werkzaamheden gedelegeerd richting de gemeente die ze vervolgens dient uit te voeren. Daar is uiteraard ruimte voor een lokale invulling. Maar vervolgens zijn partijen met landelijke vertegenwoordiging in staat om daarover een terugkoppeling te maken richting Den Haag. Zo komen geluiden over gemaakt beleid, terug naar de landelijke politiek en kan het beleid worden bekritiseerd en aangepast. Als “lokale partij” kan je niet aan andere afdelingen vragen hoe het daar gaat en welke tips ze hebben, je hebt geen lobby-kracht in de Tweede Kamer, terugkoppelen is niet mogelijk. Dat mag uiteraard, maar krachtig is het niet.
Nog maar enkele dagen geleden waarschuwde hoogleraar Douwe Jan Elzinga van de Rijksuniversiteit Groningen, dat de dossiers in de gemeenteraden alleen maar complexer gaan worden. Na jeugdzorg, komen nu de energietransitie en de Omgevingswet richting het gemeentelijk bestuur. Volgens hem komt er ongeveer ééns in de 3 jaar een ingewikkeld dossier bij. De werkdruk is hoog.
Vanuit ervaring uit mijn gemeenteraadslid-jaren kan ik zeggen dat ik nooit druk heb ondervonden vanuit onze landelijke partij om bepaalde standpunten in te nemen. In tegendeel: ik was blij met landelijke ondersteuning op complexe dossiers en dat ik met andere afdelingen inzicht kon krijgen in gemeentegrens-overschrijdende effecten van beleid. Ik was blij dat ik op sommige dossiers richting onze provinciale fractie kon, om hulp te vragen en acties in gang te zetten. En ik was blij dat ik via via vragen kon laten stellen in de Tweede Kamer. Het heeft geholpen om zaken die in Oss of buurgemeenten speelden, landelijk op de kaart te zetten.
De gemeentepolitiek is al lang niet meer het ons-kent-ons wereldje van vroeger. De gemeenten worden groter, de verantwoordelijkheden nog veel meer, en veel uitvoering vindt plaats op het niveau van een hele regio. Vanuit de landelijke overheid komt veel beleid naar beneden rollen en de gemeenteraadsleden moeten daarmee aan de slag. Ze kunnen daarbij alle hulp gebruiken.
Aankomende week zijn het verkiezingen. Stem vooral op de partij van jouw keus, laat daarbij niet de one-liners waarin een gebrek aan slagkracht wordt gevierd als pluspunt, maar juist het verkiezingsprogramma leidend zijn. Tenslotte staat daarin wat een partij wil en kan. Nog een paar dagen en dan is het zover. Ik wens iedere kiezer veel wijsheid toe, daar, in het stemlokaal.